Lieve Desmet
- dichter
- 17 mrt 2021
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 15 mrt

Lieve Desmet (°Menen, 1959) is dichter. Ze woont in Kessel-Lo (Leuven). Ze werkte jarenlang in de sociale sector en gaf les in de richting Sociaal Werk aan de Karel De Grote Hogeschool in Antwerpen. Lieve heeft een hart voor mens en maatschappij en dat merk je ook in haar poëzie en haar activiteiten in de literaire wereld en daarbuiten. Zo is ze lid van de dichterspoule De eenzame uitvaart en van Dichters in Beweging in Leuven. Ze nam deel aan ‘Dichters van Wacht’ en ‘Gedichtenkrans’ en is ze één van ‘De Letteristen’, , woordambassadeurs van Oostende. Ze neemt regelmatig deel aan Soul Répair Cafés, waar mensen bij kunstenaars terecht kunnen met hun verhaal van rouw en verlies. Regelmatig begeleidt ze voor jong en oud sessies ‘samen poëzie lezen’ en geeft ze lezingen over haar eigen werk. Ze stemt hierbij af op diverse doelgroepen. Ze is ook actief beheerraadslid van Het Huis van de Dichter in Watou.
Over haar werk:
Ze schreef gedichten voor verschillende evenementen, zoals bijvoorbeeld een tentoonstelling voor het Leuvense museum M en publiceerde in diverse literaire tijdschriften zoals Deus ex Machina, De Brakke Hond, Schaal van Digther en het Liegend Konijn. Er werden vier dichtbundels gepubliceerd.
De eerste bundel ‘Een kat in een vreemd pakhuis’ werd uitgegeven in 1993 uitgeverij Vita, Amsterdam. Hoewel ze aan een aantal optredens deelnam van ‘de Nieuwe Wilden’ in Nederland noemde Bart Vonck haar eerder een ‘nieuwe verstilde’ en haar verzen van ‘a cat on a hot tin roof’. Zich een weg in de wereld schrijven, zich bevrijden van vreemde pakhuizen, van een tijdsgeest van te smalle snit: gender, identiteit, al vroeg (eind jaren 80, begin jaren 90) vonden deze thema’s een weg in Lieve Desmet haar poëzie. Als metafoor voor de identiteit wordt wit tegenover zwart gezet en weet de dichteres zich verbonden met ‘zwarte’ vrouwenstemmen: ‘mijn huis is wit, mijn hart is zwart, ik woon op de kunstheuvel van deze wereld’ Ook het motief van het water dat zijn eigen weg zoekt wordt vaak aangewend.
Over haar tweede bundel ‘De bedauwde ruimte’ 2003 uitgeverrij P in Leuven schrijft Bart Vonck ’Sterk zijn intimistische portretten met veel empathie geschreven, moedergedichten staan als beelden van Kollwitz rechtop.’
Over de derde bundel ‘In de maat van de zee’ 2019, tweede druk 2020, schrijft Dirk De Geest voor Mappalibri 11/2019: ‘Poëzie die de juiste ‘maat’ opzoekt, die droom en realiteit zo goed mogelijk met elkaar verbindt en daardoor heilzaam werkt. De vele, sterk visuele beelden dragen bij tot dat gevoel van transformatie, het behoedzaam omzetten van het leven in een taal die tegelijk herkenbaar is en mysterieus blijft. Veel materiaal om bij stil te staan, om te herlezen en te overpeinzen. Wie daarna de kust bezoekt, zal wellicht anders kijken.'
Over de laatste bundel ‘In de wind staan’ 2024, uitgeverij P schrijft Liliane Waanders in de Poëziekrant 1/2025 ‘Desmet kiest haar woorden en beelden zeer secuur. Nergens wordt het larmoyant. Desmet ontleent haar poëzie aan concrete gebeurtenissen en omstandigheden, laat zich inspireren door beeldende kunst en anonieme levens van zij die eenzaam sterven. De persoonlijke betrokkenheid die spreekt uit ‘ik’ en ‘wij’ leidt echter niet tot ik-gerichte poëzie, maar levert maatschappijbewuste gedichten op. …Tussen ‘Haven’ en ‘Eerste zee’…verkeren haar lyrische ikken in een luwte waarin zij voorwaardelijk rouwen. Desmet schreef een bundel waarin leed d.m.v. taal lichter wordt gemaakt, zonder concessies te doen aan de dichterlijke ‘opdracht’ die zij zichzelf stelde: uitdrukking geven aan maatschappelijke spanningen die vaak onder de radar blijven.
Tom Veys verwoordt het zo op Meander in zijn recensie getiteld ‘Diepgravende poëzie met zwaarte’: ‘De wind kan soms hard en snijdend zijn, maar ook troostend en weemoedig. De woordenschat van Desmet is opmerkelijk breed en diep. De beelden in de gedichten vragen meerdere lezingen, ze kunnen menselijk veel duiden. De poëzie omvat prachtig de zwaarte.’…‘De dichter is in deze bundel duidelijk een mensendichter.’..‘De wereld in de gedichten is vaak verwond, de woorden dwalen, ze zoeken licht, ze maken bewegingen, ze keren weer. De invalshoeken en de bewegingen zorgen voor ingenieuze poëzie. De beelden schuiven meesterlijk in elkaar. Je proeft onmiddellijk de sfeer in een gedicht en de beelden ogen af en toe Clausiaans, ze zijn diepgaand…’‘Desmet schrijft ook maatschappelijk. Ze heeft als dichter oog voor de actualiteit. Ze doorleeft enkele nieuwsfeiten in haar geëngageerde gedichten. ‘…’In de laatste afdeling van de bundel staat de moeder centraal. Er is in deze afdeling veel plaats voor pijn, troost en de verwoording ervan...De beweging en de kracht in de gedichten zorgen voor heel sterke poëzie.’
gesprekken
gedicht