De wijk staat onder spanning:
de eens zo grijze paddenstoelen staan in bloei.
Ze trekken gifblauwe monarchen aan.
Hun vleugels hangen met kabels aaneen.
Uit het beton poppen tienerkamers.
Achter gesloten deuren wordt stoepkrijt versneden.
Verdachte rookwolken weggewuifd.
Een manege vol paardenbloemen
ligt verscholen tussen losse klinkers.
Honden komen dagelijks water schenken.
Er hangt elektriciteit in de lucht.
Vrouwen horen hun paarse permanenten knetteren.
Kinderen fantaseren de wereld achter valse wanden.