Deze reis arriveerde een brief met zwarte rand.
De familie had getekend.
Wij erfden witregels.
Toen je werd afgelegd,
hing de wereldkaart nog aan onze muur.
Jij telde drieëndertig acupuntuurpunten:
kopspelden, die we voor één voor één uit je lichaam trokken
tot de stroom uitviel in bijna alle landen.
Vooral hier in huis.
Later werd de telefoon sirene.
Moeder speelde vermist.
Ik blies als een kat in de hoorn.
Van de uitvaart herinnert niemand zich
waar ik was. Misschien in de klas,
scheppend met houtskool.