delf me op met blote handen
schraap genadig wat tijd van me af
borstel met een zachte kwast de jaren
tref me heelhuids aan, krap in het vel stuit op gretig bloed, gewillige gewrichten
leg een dappere gestalte bloot, een lichte tred
blaas het stof van wat hopeloos verloren lijkt
breng me aan het licht
traceer de schade, verbijt je spijt
doe de schikgodinnen schrikken
bepleit meer tijd, hier,
bovengronds