Je zit op de rand van de dag en geeuwt
de kreuken uit je lijf. Armen wijd
als voorbarig overwinningsgebaar.
Je smartphone lonkt en je scrolt
slaap uit je ogen. Schijnsel maakt je
killer dan je me liefhebt.
De wekkerradio braakt oorlog uit.
Tegen mijn geweten tikt de klok en toch -
Je rug is een cello en hij stemt me
allegro op de rand van de dag.
Ik tel je sproeten als zegeningen.
uit: Herinner mij er morgen aan - uitgeverij De Zeef
Comments