Als je het niet kan zien is het je foto niet.
Als je het niet weet is het je aarde niet.
Het verband zeg je dat zijn wak hakt
voor het oog dat diep valt.
In een dag een hoofd een lijf dat lijkt
dat het eens zou vriezen aan de kant van de tijd.
En wij zouden gaan schuilen in onze doopcel
tot er een hemel vrij kwam.
Zie in het hart van dit gedicht mijn ziel.
Zelfs dromend op de dool zijn we nooit
ontvoerd door engelen.
Nooit ontvreemd door de oude meesters
van het blijven.
Wij wenken onszelf in de hand
en vergroeien met zwart.
En wat niet wijkt uit ons.
Het geheugen van plassen licht
in je rechtop omhoog.
Nooit konden wij praten of wij waren al
op weg naar de oevers van ons denken.
In die manieren van leven trekt iemand
steeds dit beeld om zich heen.
Comments