top of page
  • Foto van schrijverKoenrad Moerman

A mineur

Daar zit je dan in kamerjas een lange dag

te staren aan het raam, uitgebrand de schade

te verhalen: de kaalslag gecamoufleerd met

slappe was. Al te vaak was je gelaakt als man


van als, gevallen door de mand die er niet was.

En dat knaagt maar aan je kas, dat vraagt je gestaag

of de lat te laag lag, de klank vals was of zwaar,

je pak altijd een last – vandaar de kamerjas.


Daar zit je dan, gewraakt als man van was.

Langer staren naar de rand en je valt

er af. Was het dat dan? Of was je af

en maak je dactylus van kamerjas?


bottom of page