Kenneth Swaenen
Voor even wil ik kant zijn
zoals wit gehaakte kleedjes
lang bescherming boden
tegen haren vol pommade
krassen op salontafels
en pottenkijkers
zonder de gordijnen lijkt het huis
op een park in wintertijd
je went eraan
maar eenmaal de lente ons verrast
en ons de doorkijk heeft ontnomen
haast onherkenbaar
het is hier een komen en een gaan
onder auspiciën van oploskoffie
we zijn als twee vliegtuigpiloten
trekken strepen onder elkaar
die na verloop van tijd
weer verdwijnen.