Bart Verstraete

op die lentedag

toen het glazen oerwoud zijn valkuilen open sloeg
 
soortgenoten samentroepten kuddes en scholen aanschoven
 
voor poorten van fuiken en kooien

ben ik nog voor zonsopgang weggeslopen
 
naar een grootstad van wilgen en berken waar wandelpaden aangeboden lagen
 
in etalages van blinkende bladeren

ik hoefde geen sporen na te laten ik moest geen varen geen steen
 
of wortelstronk markeren niemand zou me volgen
 
langs mijn slingerweg

de meeste van mijn dagen bracht ik door in kruinen van een warenhuis
 
waar ik vrij kon zwerven tussen bessen en noten
 
en met mijn reukvermogen

de afstand kon vergroten